SV | Ook maakten alle oversten der priesteren, en het volk, der overtredingen zeer veel, naar alle gruwelen der heidenen; en zij verontreinigden het huis des HEEREN, dat Hij geheiligd had te Jeruzalem. |
WLC | גַּ֠ם כָּל־שָׂרֵ֨י הַכֹּהֲנִ֤ים וְהָעָם֙ הִרְבּ֣וּ [לִמְעֹול־ כ] (לִמְעָל־מַ֔עַל ק) כְּכֹ֖ל תֹּעֲבֹ֣ות הַגֹּויִ֑ם וַֽיְטַמְּאוּ֙ אֶת־בֵּ֣ית יְהוָ֔ה אֲשֶׁ֥ר הִקְדִּ֖ישׁ בִּירוּשָׁלִָֽם׃ |
Trans. | gam kāl-śārê hakōhănîm wəhā‘ām hirəbû limə‘wōl- limə‘āl- ma‘al kəḵōl tō‘ăḇwōṯ hagwōyim wayəṭammə’û ’eṯ-bêṯ JHWH ’ăšer hiqədîš bîrûšālāim: |
Ook maakten alle oversten der priesteren, en het volk, der overtredingen zeer veel, naar alle gruwelen der heidenen; en zij verontreinigden het huis des HEEREN, dat Hij geheiligd had te Jeruzalem.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Ook maakten alle oversten der priesteren, en het volk, der overtredingen zeer veel, naar alle gruwelen der heidenen; en zij verontreinigden het huis des HEEREN, dat Hij geheiligd had te Jeruzalem.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!